Jan de Nooij vestigt zich begin 1914 als smid in Bennekom. Aan de oostkant van de toenmalige Krulsteeg kocht hij een stuk grond van 35 x 26 m2 voor 302,26 gulden. Ruim twaalf jaar later koopt hij van de kerk grond en opstallen (woning, school en kerkgebouw) aan de Krulweg. De gebouwen zijn veel te groot. Een deel van het gebouw wordt ingericht als vergaderzaal ‘Volksbelang’ en later zullen ook melkfabriek Fluit en verkeersbordenfabriek De Kruijff een deel van het grote complex gebruiken.
Verwoesting
In 1940 slaat het noodlot toe. Op 10 mei wordt Jan dodelijk getroffen door vliegtuigkogels tijdens een luchtgevecht boven Bennekom. De zonen Wim en Paul nemen de zaak over. Vlak voor de bevrijding, op 10 januari 1945 worden het woonhuis en het bedrijfspand aan de Veenderweg door een verdwaalde V-1, die voor Antwerpen was bedoeld, geheel vernietigd. De markante, inmiddels tot monument verklaarde kastanjeboom blijft hierbij gespaard. De zaak wordt na de bevrijding tijdelijk voortgezet in een woonhuis met schuur op de hoek van de Bakkerstraat/ Brinkstraat.
Herbouw
In 1946 wordt de nieuwe fabriek gebouwd, met daarnaast een dubbel woonhuis voor Wim en Paul. De nieuwe fabriek biedt plaats aan het bedrijf van Wim en Paul, en ook De Kruijff keert weer terug. In het gebouw vinden een mix van activiteiten plaats: van apparatenbouw tot constructie- en smeedwerk.
Tot eind jaren zestig blijft het pand aan de Veenderweg de thuishaven van het familiebedrijf, maar in 1969 verhuist het naar de Hackfortsgoed. De fabriek wordt vervolgens nog een aantal jaren gebruikt door de verkeersbordenfabriek -inmiddels Elverding en De Kruijff geheten. Later neemt meubelfabriek De Weijer haar intrek in het gebouw. Sinds enkele jaren hebben de gebroeders De Weijer de voormalige werkplaats niet meer in gebruik, waardoor er nu ruimte is voor nieuwe activiteiten. Het familiebedrijf De Nooij bestaat nog steeds, maar is gevestigd in Ede aan de Voltastraat.
Bron: familiearchief, contactpersoon A.C. de Nooij
Het heden
Conny, Heleen, Jantine en Christiaan de Nooij zijn sinds 2012 eigenaar van het pand. Niet lang daarna is het gebouw samen met de aangrenzende woonhuizen tot gemeentelijk monument verklaard.
Het fabriekspand heeft de toepasselijke naam De Smeedplaats gekregen en is te huur voor diverse activiteiten.